Home | Biografie | Discografie | Filmografie 1 | Filmografie 2 | Nieuws | 2 in Carre | Foto's 1 | Foto's 2 | Foto's 3 | Forum | Links
Biografie
Bron: PATRICKBRUEL.COM/Parcours Musical/Mon parcours deatille

1978-1979

Er is altijd een eerste keer, een begin voor alles, een beslissende ontmoeting, een duwtje in de rug door het lot, een kind werd artiest. Het was Alexandre Arcady die op een dag in juni 1978 zijn Paulo Narboni vond

De jaren zijn voorbij gegaan, maar we hebben nog de kleine advertentie bewaard die in juni 1978 in de France Soir stond: We zoeken 2 jongeren met accent. Patrick, die net niet was geslaagd voor zijn eindexamen, besloot met een van zijn vrienden mee te gaan naar de auditie op 14 juni 1978. Arcady merkte hem op en Patrick werd Paulo Narboni. De Coup de Sirocco kon beginnen.

De opnames vonden plaats in Noord-Afrika en Parijs, op twee continenten, dat van gisteren en dat van vandaag. Arcady ontdekte Bruel, een vriendschap ontstond. Tussen het plezier van een zomer zoals nooit tevoren, en de problemen van een eerste film, maakte Patrick kennis met de wereld van de cinema. Hij onderzocht, ondervroeg, verbaasde zich.

Toen de zon van Algerije verbleekte, was het 1979. Patrick speelde een zoon in een televisiefilm Un pas dans le foret. Een paar dialogen, een kleine rol. In de winter die volgt vermaakt hij zich door met vrienden op wintersport te gaan. De lucht van de bergen doet hem niet vergeten wat hij wil, zijn wil om acteur te worden.

In april komt Le coup de Sirocco op het scherm. Het wordt erg enthousiast ontvangen. Het is belangrijk dat de fransen voor het eerst naar zichzelf durven kijken en worden geconfronteerd met de problemen van gerepatrieerden. Patrick maakt zijn televisie-debuut bij Michel Drucker op 15 april.

Hij wordt twintig, de toekomst voor hem en de zin om zich in zijn vak te bekwamen. De film is uitgebracht, daarna de grote terugval. Patrick vraagt om zich heen, maakt zich ongerust... de regisseurs zitten niet op hem te wachten, de deuren gaan niet open.

Hij doet zijn eindexamen over en slaagt. Om zijn tijd niet te verdoen in de hoofdstad, wordt hij aangenomen als animateur bij Club Med. Grappen maken, optredens op het podium, hij zingt en speelt voor het plezier van de vakantiegangers, voor zijn eigen plezier. Maar de telefoon rinkelt nog steeds niet: de eerste zorgen. De jonge artiest begint vage melodietjes te componeren, begint wat woorden te neuriën. Het geluid van zijn gitaar, wat noten op de piano en de verveling. Er zijn wel wat projecten met Arcady, maar niets concreets op dat moment. Vertwijfeld, ongerust en uit het veld geslagen vliegt de jonge acteur naar New York voor een korte vakantie die negen maanden zal gaan duren.


1980-1981

Voor een jeugdliefde is Patrick naar de andere kant van de wereld gevlogen. In New York ontdekt hij een nieuw leven, een andere manier van denken.

De zanger herinnert zich: Ik ben naar New York vertrokken, alleen voor vijftien dagen, ik wilde mijn vriendinnetje achterna. Al snel kende ik veel mensen. Dan gingen we weer naar de een, dan weer naar een ander. We waren altijd samen, praatten, zongen. Ik heb daar het leven leren kennen, een bepaald soort leven. Parijs raakte steeds verder op de achtergrond. In New York kreeg ik energie. Daar realiseerde ik me dat alles geoorloofd is.

Heel belangrijk was de ontmoeting met Gerard Presgurvic. Maatje van gisteren, vriend van morgen. Een samenwerking ontstond. Ik begreep gelijk dat Gerard dezelfde taal sprak als ik. Hij schreef liedjes, ik heb hem de mijne laten zien. Hij vertelde me wat ik nog meer kon. Hij sprak de woorden uit die ik graag wilde horen, we hebben elkaar nooit meer verlaten.

New York, stad waarvoor Patrick nog steeds een nostalgisch gevoel heeft. Stad van alle culturen, stad waar alles mogelijk is. Ook een dure stad, want na negen maanden moest de jonge acteur terug naar Frankrijk, met lege zakken, maar een hoofd vol ideeen en herinneringen.

De terugkeer naar huis was moeilijk, maar het geluk was er nog. Patrick kwam in Cannes, tijdens het filmfestival, Margot Capelier tegen, een van de beroemdste casting directors in Parijs. Ik ging op visite bij Gerard, die bij zijn ouders aan de Middelandse Zee was. En daar stelde hij me voor om naar het filmfestival in Cannes te gaan. Ik had er niet veel zin in, maar hij bleef aandringen. Eenmaal daar werd ik me bewust van de impact die Coup de Sirroco had op de mensen uit de filmwereld. Ze vroegen me wat ik ging doen, wat ik aan het voorbereiden was, dat motiveerde me. Op een dag kwam ik een dame tegen die de weg zocht naar het kantoor van Gilles Jacob. Ik wees haar de weg en zij zei me: ik weet niet of je een goed acteur bent, maar je bent in ieder geval erg aardig. Bel me als je terug bent in Parijs.
Het was Margot Capelier, die ik in de tijd helemaal niet kende. Ze heeft me aan castings geholpen en zo heb ik enkele telefilms kunnen maken. Vijf dagen hier, drie dagen daar. Ik wist dat ik moest leren, dat ik niets voor niets deed. Zo heb ik veel interessante mensen kunnen ontmoeten.

Maar de tweede kans voor Patrick was Pierrette Bruno. Zij zocht voor haar nieuwe toneelstuk La Charimari een jonge, frisse acteur die van het conservatorium kwam. Zij nam de minst gekwalificeerde, de debutant. Niemand wilde mij hebben voor die rol, en toch had Pierrette er vertrouwen in. Ze heeft me weken lang laten werken. We hebben gerepeteerd, gerepeteerd, en enkele dagen voor de generale wilde iedereen me er uit gooien, behalve zij. Op de avond van de premiere was ik verschrikkelijk zenuwachtig en toch is er een wonder gebeurd. Vanaf het moment dat ik op het podium kwam, begon het publiek te lachen. De mensen waren blij. Het werd een echte triomf, het was magisch. Het stuk was ook erg grappig. Het plezier dat ik zelf had komt zeer dicht bij het gevoel dat ik ook in de Zenith heb.

Patrick, wiens talent nu door de critici erkend werd, speelde dit stuk nog twee jaar met succes.


1982 - 1983

Twee jaar aaneengeschakeld, het leger, het theater, ontmoetingen, verrassingen, twijfels en het plezier van een acteur

Terwijl hij nog steeds in het theater triomfen viert met Le Charimari probeert hij ook filmrollen te krijgen. Daar slaagt hij in. Een zwaar scenario, een gemiste komedie, Les diplomes du dernier rang. Ik was niet erg gelukkig tijdens de opnames, ik wist dat het niet echt een groot moment uit de cinema zou worden. Het is een film geworden waar ik helemaal niet van hou, maar ik vond de regisseur aardig. Wat later volgt een tweede film Le Batard. Dit is de eerste keer dat hij zich op zijn plaats voelt in een film. Ik was me er van bewust dat ik kon uitvoeren wat men van mij vroeg. Tussen mei en juli is de filmwereld in rouw. Patrick is erg aangedaan door de dood van twee sterren die hij bewonderde: Romy Schneider en Patrick Dewaere. Het was naar om te zien hoe iemand als Romy Schneider zo aangeraakt was door het lot. Dewaere was met Depardieu de beste acteur van zijn generatie. Hij heeft volgens mij veel geleden onder het feit dat hij zich niet geliefd voelde.

In september neemt Patrick zijn eerste plaat op Vide. Een eerste poging waar hij niet tevreden over is. Een lied dat hij niet wil verdedigen. Hij krijgt het voor elkaar dat zijn platenmaatschappij het lied niet uitbrengt op single, belooft hen dat hij op een dag een chanson zal opnemen dat wel bevalt. Patrick is 23 jaar en in december moet hij het leger in, naar Fontainebleau. Een maand lang pendelt hij heen en weer naar het theater. Het belangrijkste voor mij was, dat ik kon blijven werken, en niet hoefde te stoppen. Maar de dingen waren niet zo gemakkelijk toen ik terugkeerde in Parijs. Het theaterstuk stopte, Patrick werd ongerust. De haren kort, rollen die moeilijk te vinden waren, een liefde die eindigde. Gelukkig kon hij bij Arcady een rol krijgen voor drie dagen. Hij deed het om me een gunst te bewijzen en die drie dagen zijn uitgelopen tot twee maanden. Toen ik er eenmaal was, heb ik zijn kop gek gezeurd, dat hij mijn rol moest uitbreiden. Ik verzon scenes, ik bemoeide me met de strategie, zodat ik mee kon blijven doen. Het was een leuke geschiedenis en de mooiste tijd van mijn leven.

Er volgen nog wat telefilms. En Mariage bleues samen met Florent Pagny. Tijdens de castings hervindt hij zijn zelfvertrouwen. Patrick zegt het leger vaarwel en neemt Marre de cette nana op.


1984-1985

Het is 16 januari 1984 als Patrick voor het eerst zijn opwachting maakt op televisie als zanger.

Marre de cette nana” wordt uitgebracht en valt gelijk in goede aarde bij de grootste aanhanger van het franse chanson: Pascal Sevran. Patrick besterft het van de zenuwen tijdens de uitzending, men feliciteert hem en zegt hem dat hij het nog ver zal schoppen. Toch moet hij tot 10 maart wachten voordat hij zijn weg naar de top kan beginnen. Patrick is de gast van Michel Drucker in Champs Elysees. De impact is groot en direct. De volgende ochtend ontvangt hij al post, het publiek herkent hem. Men praat over Patrick Bruel, zelfs als zijn plaat nog geen hit is.
In juni gaat hij verder met de promotie van zijn single en hij wordt opgeroepen voor een filmrol. De plaat komt in de hitparade. Een groot succes, er worden 2000 exemplaren van verkocht.

Gelukkig in de wetenschap dat hij een deel van het publiek heeft veroverd, keert hij terug op de planken in het toneelstuk On m'appele Emilie, een verhaal over drie krakers die van het leven en de fantasie houden. Het stuk is een succes en speelt vele maanden.

Maar hij heeft de muziek niet verlaten. Zowel overdag als 's nachts werkt Patrick aan zijn nieuwe single Comment ca va. In januari 1985 accepteert hij een rol in P.R.O.F.S. Het scenario bevalt hem en hij vindt het leuk om een film te draaien die op een school speelt. Aan het eind van de opnames vraagt Patrick Sebastien hem of hij in zijn voorprogramma wil staan tijdens de zomer. Het is voor Patrick de eerste keer dat hij met een echt publiek in aanraking komt. Hij zingt drie liedjes, waaronder Comment ca va, dat een succes wordt en waarmee hij in de Top 50 terecht komt. Als P.R.O.F.S. uitkomt neemt hij een deel van de promotie voor zijn rekening. Patrick is een vedette geworden, waarvoor de mensen komen. Patrick beseft dat de dingen veranderen: Men denkt dat je wat gaat worden, dus ze letten op je, openen deuren voor je, men lacht naar je, houdt rekening met je. Voor mij was dat schitterend, fascinerend. Maar het belangrijkste is dat je je basis niet uit het oog verliest en de redenen waarom je zover gekomen bent.
Het is daarom dat Patrick naar Tunesie vertrekt om een film op te nemen met Ben Gazarra en Julie Christie, La memoire tatouee. De film zal nooit uitkomen.


1986

Patrick vertelt over het jaar 1986, waarin hij zijn eerst album componeerde en Claude Lelouch ontmoette. Tussen twee tijdperken, twee kanten van zijn carriere, tussen een plaat en een film, wat twijfels en een grote zin om te veranderen.

Ik was bij de opnames van La memoire tatouee toen iemand mij kwam vertellen dat een beroemde zanger bij de rally Parijs-Dakar om het leven was gekomen. Ik wist gelijk dat het Daniel Balavoine moest zijn. Dat was een grote shock voor mij, ook al kende ik hem niet goed. We zaten bij dezelfde platenmaatschappij. Ik bewonderde de artiest, de man, niet om wat hij zei, maar de manier waarop hij zich uitdrukte. Ik heb nog steeds dat beeld van hem in mijn hoofd toen hij tijdens het televisie-journaal tegenover Francois Mitterand zat. Hij vatte in dertig seconden de vragen en onrust van het franse volk samen.
Het leven gaat verder, we maakten de film af tot januari. Fijne dagen, vanwege mijn ontmoeting met Ben Gazarra en Julie Christie. Ik was blij in Tunesie te zijn, ver van alles. De film is uiteindelijk niet uitgebracht, niemand was geinteresseerd. Jaren later, toen ik zo'n succes had, wilde men ineens wel de film op video uitbrengen, onder een ander titel, en er profijt van trekken. Dat is een teleurstelling.

Terug in Frankrijk bracht ik mijn derde single uit Non, j'veux pas. Het was een periode waarin het allemaal niet lekker ging. Ik slaagde er niet in mijn stem goed te laten klinken. Ik wist ook helemaal niet welke kant ik op wilde. Ik aarzelde, ik was triest. Resultaat, we hebben een hele slechte single gemaakt. Een echte catastrofe. Een slecht opgenomen plaat, slecht gezongen, slecht gemixed, slecht gespeeld, met een slechte tekst, die slecht heeft verkocht.

In juni 1986 heb ik, op aanraden van mijn agent, meegedaan aan de George Brassens dagen in Sete. Ik had er niets bijzonders te doen en zo heb ik bij een diner Claude Lelouch ontmoet. In september zag ik hem per toeval opnieuw. Hij liep me voorbij, zei gedag, en kwam dertig seconden later terug om me te vragen of we elkaar binnen een paar dagen konden spreken. Ik realiseerde me later dat hij in die dertig seconden had bedacht om mij te vragen voor de rol van Mozart (de dief). We hebben Attention Bandits in oktober gedraaid. Ondertussen werd mijn album De Face uitgebracht. Het moet gezegd worden dat ik me in die periode helemaal niet op mijn gemak voelde, ik kreeg steeds minder zelfvertrouwen. Gelukkig kwam Lelouch op het juiste moment. Met Attention Bandits heeft hij me weer een leven gegeven, ik kreeg weer zin. Hij gaf me de indruk dat alles mogelijk was. Dat ik van alles kon doen, zanger en acteur zijn. Dat ik in een film goed kon zijn, dat ik me kon accepteren zoals ik was. Toen hij mij trouwens de rol van Mozart aanbood, zei ik dat ik helemaal niet op hem leek en hij antwoordde mij: ik weet dat er veel van jou in die rol zit, en aan het eind van de opnames zal je Mozart zijn. En het is waar dat ik gedurende de weken dichter kwam te staan bij wie ik zelf was. Claude Lelouch heeft me zin gegeven om verder te gaan. Veel verder.

1987

Ik probeer een identiteit te vinden, een richting. Ik voel dat sommige dingen niet bij me passen. Ik wilde dat er wat gebeurde, ik wist dat er iets ging gebeuren.

In januari hebben we Je roule vers toi uitgebracht, dat niet zo goed verkocht. Ik probeerde een identiteit te vinden, een richting. Ik voelde dat sommige dingen niet bij me passen. Op dat album staat echter Tout le monde peut se tromper (iedereen kan zich vergissen), dat een lied is dat veel dichter bij mij staat. Dat heeft later nog een beetje succes gekregen, ik heb de indruk dat het je niet loslaat. Daarna gingen we ons voorbereiden op het Olympia. We begonnen serieus te werken, alles nog eens na te kijken, ideeen te krijgen over de presentatie, zoals die beroemde affiche. Ik was erg bang om terug te keren naar de music-hall van mijn kindertijd. Bang, omdat het mijn eerste optreden zou worden, bang omdat de verkoopcijfers van het album niet zo hoog waren. Maar de verkoop van de plaatsen ging goed. Ik stortte me daarom met veel enthousiasme op de repetities. Na een paar dagen ben ik naar Marokko gegaan voor een uitzending met Carpentier. Anderhalf uur die geheel aan mij gewijd waren. De mensen vonden het leuk en er werd rondom veel over gesproken.

In mei kwam de grote dag, ik stierf van de zenuwen ... en uiteindelijk werd het een triomf. Het publiek was verrukt, de groten uit het vak vertelden me dat er iets fascinerends op het podium gebeurde. Het is een magnifieke herinnering. Bijzondere emoties die ik nog vier avonden in Parijs en gedurende de hele tournee gevoeld heb. Toen zijn alle platenmaatschappijen gekomen om me te zien. Ze waren verbaasd en verrast. Zelfs Phonogram, die toch mijn platenmaatschappij was. Ik was teleurgesteld door hun reactie en ben bij ze weggegaan.

Halverwege juni kwam toen Attention Bandits uit, wat een leuk succes was. Twee dagen later kreeg ik een telefoontje van George Lautner die vroeg of ik La Maison Assassinee met hem wilde draaien. Ik wist gelijk dat het voor mij onmogelijk zou zijn om zo'n aanbieding te weigeren. Ik was blij dat men mij de rol van dat personage aanbood. Gedurende de hele zomer bereidde ik me voor. De opnames waren geweldig, er hing een bijzondere sfeer, leuk en gek. Ik zat helemaal in mijn rol, ver van Parijs en zijn enthousiasme. Ik luisterde de hele dag naar het Requiem van Mozart en het album Universe van William Sheller. Tot rust gekomen in mijn gedachten, begon ik me voor te bereiden op het vervolg. De toekomst. Ik wilde dat er wat gebeurde, ik wist dat er iets ging gebeuren. Ik begon me goed te voelen. Tijdens de draaidagen zijn twee nieuwe projecten (films) ontstaan, die ik de komende herfst zou opnemen.

Toen ik na drie maanden terugkeerde in Parijs had ik heldere ideeen, ik was optimistisch. Ik begon met de platenmaatschappijen te bezoeken en hun ideeen te bestuderen. Dat nam veel tijd in beslag. Ik was op zoek naar de perfecte osmose tussen de artiest en de directeur van de platenmaatschappij. Een totale artistieke vrijheid. En ondersteuning van een directeur die zich meer als vriend zou opstellen. Dat heb ik gevonden bij Bernard Carbonez. Het was in dezelfde tijd dat mijn agente, Olga Horstig, met pensioen ging. Olga heeft me vanaf het begin gevolgd, ze kende me, heeft me geholpen keuzes te maken. Al meerdere jaren probeerde Artmedia, de grootste agent van Parijs, me te contracteren. Maar door mijn trouw aan Olga, heb ik gewacht tot zij met pensioen ging. Daarna ging ik over naar Artmedia. Daar ontmoette ik Bertrand de Labbey, die een beetje de koers van mijn lot verlegd heeft. Ik ben van team gewisseld, ik ben met heel andere mensen gaan werken. Ik begon er in te geloven. Globaal is 1987 het jaar van de renaissance geworden. Een erg mooi jaar. Gek genoeg ben ik in de oneven jaren altijd sterker geweest dan in de even!


1988

In 1988 verandert het snel voor Patrick. Hij wordt een van die artiesten, waar je wat van wil weten, waar je vragen aan stelt, waarvan je de mening wilt horen.

De acteur keert terug naar de bioscoop met La maison Assassinee, de zanger bereidt zijn album voor.

In die tijd zijn de mensen anders naar mij gaan kijken. Men begon me op te bellen, om interessante voorstellen te doen. Ik werd over meer persoonlijke dingen geinterviewd. Op 3 februari was ik de gast bij Michel Denisot in Mon Zenith a moi, de eerste keer dat ik in een wat zwaarder televisieprogramma zat. Dat ging vooraf aan de premiere van La maison assassinee. De film was bij het publiek niet zo'n succes in het begin, maar de kritieken waren lovend. Ik kreeg de indruk dat ik ontdekt was. De film heeft later een briljante carriere gemaakt op video en veel kijkers getrokken toen het op televisie kwam.

Ik zat in een periode waar alles om mij heen heel goed ging. Alles liep in grote harmonie door elkaar heen, de film en het Olympia. Een rustgevende periode waarin ik wist dat Alexandre Arcady een rol voor mij schreef in l'Union Sacree en dat Pierre Jovilet aan mij dacht voor zijn volgende film. Ik had er vertrouwen in.

Ik dacht aan nieuwe muziek, nieuwe teksten en zette me aan het werk met een vriend, Guy Delacroix. Ik schreef twee liedjes die me goed bevallen, On aurait pu se dire tout ca ailleurs qu'au cafe d'en bas. We zitten in mei 1988 en ik hoop een single te maken. Ik wilde iets anders maken, een nieuw geluid. Ik heb het opgenomen en laten horen aan mijn twee broers. Die waren heel erg negatief, ik voelde dat ze teleurgesteld waren, dat ze het niet mooi konden vinden. Ze hadden een paar heel rake opmerkingen. Ik heb hun raad opgevolgd en de single niet uitgebracht.
Voordat ik aan l'Union Sacree begon ontmoette ik Alain Lepas. Hij had mij cassettes opgestuurd en ik besloot zijn eerste plaat te produceren. We werden vrienden. Niet veel later besloot ik een contract te tekenen bij BMG, dankzij directeur Betrand Carbonez, wiens oprechtheid, openheid en aanwezigheid ik waardeer.

Gedurende de zomer hebben we l'Union Sacree gedraaid in idyllische omstandigheden. In oktober volgde Force majeure, dat verliep veel minder goed. Ik voelde me niet geliefd, niet op mijn gemak. Maar dat kwam ook overeen met het personage dat ik moest spelen. Ik kwam helemaal labiel uit die filmopnames. In plaats van op vakantie te gaan, ben ik toen met Alain Lepas aan mijn nieuwe album gaan werken. We werkten zonder te stoppen, ik had zin om mooie liedjes te maken, om alles te geven wat ik in me had... Alors regarde


1989

Het jaar van de beloning. Het resultaat van hard werken.

De films l'Union Sacree‚Force majeure worden uitgebracht en er verschijnt een nieuw album, met de simpele titel Alors Regarde.

Ik heb vijf maanden met Alain Lepas aan mijn nieuwe album gewerkt. Met die plaat weet je helemaal nog niet waar je heen gaat. Het enige waar ik me bewust van was, was dat ik een authentiek en oprecht album wilde maken. Spontaan en zonder concessies. En verder was er Avis de recherche van Patrick Sabatier (ik vermoed dat dit een franse versie is van In De Hoofdrol/This is your life). Een groot emotioneel moment waarop ik ook voor het eerst Place des grands hommes heb gezongen, speciaal voor deze uitzending geschreven. Ik was omringd door mijn familie, mijn vrienden van vandaag en vroeger. En mijn oude liefdes, ook dankzij een verbinding met Brazilie, het magische weerzien met Patricia.

Enige tijd later komt de film l'Union Sacree uit. De film doet het goed ondanks het politieke en geengageerde thema waarin de franse politie ter discussie wordt gesteld. De film Force Majeure wordt geselecteerd voor het filmfestival van Venetie.

Na het uitkomen van die twee films ging ik in juni mijn album opnemen in New York , een stad die ik goed ken. Uren en uren van werk. En op 14 juli had ik een lied in mijn handen dat ik sterker vond dan de andere. Meer echt. Het is voor mij een exacte weergave van hoe ik ben. Het is Casser la voix. Ik moest nog wel een strijd leveren met de platenmaatschappij zodat deze, en niet een andere, de eerste single zou zijn. Op 16 september heb ik het voor het eerste gezongen op televisie, bij Sabatier. Gelijk de volgende ochtend schoot de verkoop omhoog. Toen het album een paar dagen later uitkwam, hetzelfde enthousiasme. Binnen vier weken was het een gouden plaat, binnen acht weken platina. Voor mij was het de mooiste droom om aan het begin al 100.000 exemplaren te verkopen. Er gebeurde werkelijk iets, de mensen wilden graag naar mijn liedjes luisteren.

Dit alles was voor mij het logische vervolg op alles wat me dat jaar overkomen was. Ik sloot het jaar af met een uitzending van Special Champs Elysees van Michel Drucker, die aan mij gewijd was. Ik mocht groepen uitnodigen die ik goed vond, maar die het franse publiek nog niet kende. Zoals de Silencers en Mecano. Het was december en ik vloog naar Canada.
Het was het jaar waarin ik er in slaagde een perfecte combinatie te vinden tussen zingen en acteren, maar ook tussen wie ik was en wat ik deed.


1990

1990. Het jaar van de beloning.

1990 is het jaar van de beloning. Het album Alors Regarde is in oktober 1989 verschenen en bijna gelijk op nummer 1 gekomen. Casser la voix is een enorm succes, mijn eerste zeer grote succes. Ik was echt ontroerd door hoezeer men het lied waardeerde, omdat ik zoveel van mijzelf er in gegeven had. Met daarbij een tekst en een muziek die helemaal bij mijn persoonlijkheid paste. In februari wonnen we de Victoire voor beste videoclip van het jaar.

We besloten om J'te l'dis quand meme als volgende single uit te brengen. De mensen om ons heen vonden het een risico en sommigen aarzelden niet om ons te vertellen dat het nooit gedraaid zou worden op de radio. Ik hou van dat lied, het is een persoonlijk chanson, oprecht, en ik twijfelde niet. Het was gelijk een triomf, de eerste plaats op de Top 50. Op hetzelfde moment kondigde men de Zenith aan voor drie dagen en zeer snel besefte men dat de vraag erg groot was, dat het publiek wilde komen, en men organiseerde extra concerten in oktober, zodat we uitkwamen op veertien concerten in Parijs. Voor een eerste optreden in een grote zaal, we werden gek van vreugde!

In augustus begon ik te repeteren voor de Zenith. Met pijn in mijn buik. Het was beangstigend. Ik wilde me zelf met de mise en scene bezig houden omdat dit optreden een weerspiegeling van mij moest zijn, dat dicht bij me moest staan en waarbij ik het maximum zou geven. Ik had wel ideeeen in mijn hoofd, maar op het podium kon ik ze pas tijdens de repetities vorm geven. We zijn op 4 oktober in Evry begonnen en de eerste serie is in Parijs op 20 december geeindigd.

Het is zeker dat de herfst van 1990 de mooiste herinnering van mijn leven blijft. De eerste keer in Evry, ik hoopte dat het geen toeval was. Ik wilde dat het opnieuw begon, en weer, en weer... En iedere avond begon het sprookje overnieuw. Jullie waren met velen, en een warmte! Het was meer dan een uitwisseling, het zijn van die momenten in het leven.


1991

Het jaar 1991 begon slecht. We weten dat op 15 januari George Bush een ultimatum stelde aan Saddam Hoessein en Irak.

Het eerste deel van de tournee had ik afgesloten in december en in april begon het weer. Vanaf 15 januari, de datum waarop de oorlog begon, zat ik dag en nacht voor de televisie. Op 2 februari 1991 kwam ik bij de uitreiking van de Victoires de la musique aan met de gedachte dat ik een hand tekort zou hebben voor de drie trofeeen die me beloofd waren. En ik vertrok met niets! Triest. Verrast. Perplex. Niets ten nadele van de talenten van degenen die wel gewonnen hadden, maar goed. Het was als een straf voor het succes dat ik duur van ze moest betalen. Maar de golf van aanmoedigingen die daarop volgde was werkelijk ongelooflijk. Ik was geroerd door de reacties van mensen die ik tegenkwam in de straat of elders. Het was de eerste keer dat de pers en het publiek het samen oneens waren met de mensen uit het (muziek)vak.

Op 3 maart was ik bij Julien Clerc om daar met vrienden poker te spelen, toen de telefoon ging. Het was Europe 1 (radio). Julien nam op, kwam bij ons terug en zei: Serge is dood. Serge, dat was Serge Gainsbourg. We zijn in stilte doorgegaan met pokeren, ieder met zijn eigen gedachten en emoties.

Drie dagen later namen we een Special sacree soiree op. We begonnen de uitzending met het lied van Gainsbourg La Javanaise. Ik ben blij die uitzending te hebben kunnen doen. Van Jean-Pierre Foucault mocht ik doen wat ik wilde. Dus had ik Rod Stewart, Julien Clerc, Johnny Hallyday en France Brel uitgenodigd. Ik had zelfs een interview met Coppola, dat was een mooie uitzending. In die tijd heb ik met Elie Chouraqui Place des grands hommes gedraaid, een van mijn favoriete clips of in ieder geval een van de meest ontroerende. Gemaakt met een groep vrienden en acteurs.

Op 27 april begonnen we weer met de tournee en ik had aan mensen in Toulouse beloofd mijn verjaardag daar te vieren (14 mei). Dat heb ik gedaan met 9000 personen. Daarna zijn we naar de eilanden gegaan: Mauritius, Reunion; een droomleven. Dat was grandioos. Met Elie hebben we de videoclip van Decale gedraaid op Reunion. Daarna zijn we verder gegaan met de zomer-tournee, een tournee waar alle zangers van dromen. Op dat moment begon de pers alles wat er gebeurde ineens te serieus te nemen. Het is niet makkelijk om de rol opgelegd te krijgen van een soort woordvoerder, een leider van een generatie. Ik vond het genoeg om dingen te suggereren en was tevreden dat mensen er aandacht aan gaven. Maar om nou een vaandeldrager te worden, dat is iets anders.

Op 18 augustus eindigde de tournee. Vijftien dagen later ging ik naar de opnames van de film Toutes peines confondues. Dat was een goede therapie. Want nadat je zo in de schijnwerpers hebt gestaan, waar iedereen om je mening vraagt, was het goed dat een ander de touwtjes in handen nam. Ik voelde me er goed bij.
Ik bereidde me ook voor op 7 sur 7 (televisie). Ik zag er tegenop om er naar toe te gaan. Ik ben toch gegaan omdat ik van mening was dat het op een gegeven ogenblik belangrijk was om de mensen er op te wijzen om te gaan stemmen, het lot in eigen hand te nemen. Ze te vertellen dat je door niet te gaan stemmen, je eigenlijk je stem aan een tegenstander geeft (Front Nationaal bedoelt hij waarschijnlijk). Neutraliteit kan heel gevaarlijk zijn.

In november kwam het live-album Si ce Soir uit. Dit was een jaar geweest van beloning, van hoogtepunten, van gekte. Een ongelooflijk jaar waarvan de mensen zich nog geen tiende kunnen voorstellen. Het was prachtig, maar alles wat er gebeurde kwam voort uit veel werk, veel zin, en een formidabele wisselwerking met het publiek.


1992

Als het jaar 1992 begint, vraag ik me af wat me nog allemaal kan overkomen. Het was in 1991 al zo'n gekte geweest.

Om die periode af te sluiten gaf ik een interview aan Studio Magazine, zeggende dat dit het laatste interview was dat ik gaf voordat ik een broodnodige periode van rust zou nemen. Ik wilde eigenlijk een beetje dat ik vergeten zou worden en dat ik zou verdwijnen. Maar de media hadden er niet goed naar geluisterd en de kranten en tijdschriften maakten zich meester van mijn imago. Mijn naam werd zowat overal geexploiteerd. Er werd een boek geschreven, er werd een film uitgebracht. Er vond een verzadiging plaats en ik voelde best dat dit alles behoorlijk irriteerde.
Een jaar na de laatste Victoires de la musique was ik opnieuw genomineerd in dezelfde categorien. Hoewel ik wel wist dat ik niet de Victoire voor het beste chanson zou winnen, William Sheller met Un homme heureux was favoriet, had ik toch goede hoop. Wat was ik verrast toen Eddy Mitchell won. Vanaf dat moment was ik er zeker van dat ze me hetzelfde kunstje zouden flikken als vorig jaar. Toen ik werd uitgeroepen tot zanger van het jaar was ik dan ook compleet uit het veld geslagen. Het was bizar en mijn reactie was ook vreemd. Ik stond op het podium en kon niets anders doen dan de mensen in de zaal en de mensen uit het vak aankijken. Dat werd daarna weer verkeerd geinterpreteerd, maar in werkelijkheid kon ik niets uitbrengen. Ik was gewoon gelukkig.

Toen de film Toutes peines confondues uit kwam, begon ik weer te denken aan een album. Ik had er al wat ideeën voor. Maar feitelijk probeerde ik wat lucht te krijgen en aan andere dingen te denken. Dus bracht ik mijn jaar door met sport te kijken, van het ene tennistournooi naar het andere. Met zeilen, met dromen. Bovendien ging ik op uitnodiging van Canal+ naar de Olympische Spelen in Barcelona. Toen ik daar aankwam vertelde een journaliste van RMC mij over de dood van Michel Berger. Ik ben direct naar Parijs teruggekeerd, onthutst door het nieuws dat de dood iemand getroffen had die zo jong, zo goed en zo geliefd was. Dat brengt alles in twijfel, waar je in gelooft, je kijk op het leven. Je ziet alles heel anders. Hij liet een vrouw en kinderen achter, zo onrechtvaardig.

In september ben ik op tournee gegaan door de Europese landen en Canada. Het was waanzinnig. In het voorjaar ben ik naar Holland gegaan voor een eerste concert en ik was er van overtuigd dat er niet meer dan 500 mensen op af zouden komen. In feite waren het er 3000 die al mijn liedjes uit hun hoofd kenden. Daarom ben ik in november teruggegaan naar Rotterdam, waar 10.000 toeschouwers waren. Hetzelfde geldt voor Canada en daarna Tunesie.


Wordt vervolgd.